Hoe komen de kaderprogramma’s voor onderzoek en innovatie tot stand?

Het huidige achtste Kaderprogramma (KP8) voor onderzoek en innovatie is Horizon 2020. Na 2020 wordt Horizon 2020 opgevolgd door het negende Kaderprogramma (KP9), genaamd Horizon Europe.

Wie zijn betrokken bij de onderhandelingen over de kaderprogramma’s?
De onderhandeling over de kaderprogramma’s maakt deel uit van het Meerjarig Financieel Kader (MFK). Het initiatief ligt bij de Commissaris voor Onderzoek en Innovatie (DG RTD) van de Europese Commissie.

Expertgroepen ondersteunen de Europese Commissie bij de onderhandelingen. Tussentijdse evaluaties van het lopende programma en stakeholderconsultaties dienen als input. Het Europees Parlement (EP) en de Europese Raad (ER) moeten achtereenvolgens de kaderprogramma’s goedkeuren.

De belangrijkste commissie van het EP die de besluitvorming voorbereidt, is de commissie voor industrie, onderzoek en energie (ITRE).

ER: De Raad voor het Concurrentievermogen besluit over het onderzoeksbeleid. De ministers van Economische Zaken nemen deel aan deze raad. De voorbereiding vindt plaats in de raadswerkgroep voor onderzoek en innovatie (ERAC). Daarna wordt het voorstel voorgelegd aan het Comité van Permanente Vertegenwoordigers bij de Europese Unie (Coreper 1). In Nederland is het ministerie van EZK verantwoordelijk voor het formuleren van het kabinetsstandpunt, samen met het ministerie van OCW.

De vaststelling van de kaderprogramma’s door respectievelijk EP en ER wordt in een verordening vastgelegd. In deze verordening zijn de opzet van de kaderprogramma’s, de doelstellingen, de thema’s en op hoofdlijnen de activiteiten binnen thema’s vastgelegd.

Wie bepaalt de nadere invulling van de Kaderprogramma’s (Horizon 2020)?
De nadere invulling van de kaderprogramma’s vindt plaats in werkprogramma’s. De Europese Commissie zet onafhankelijke experts en Advisory Groups in voor het ontwikkelen van de werkprogramma’s. Er zijn publieke consultaties en Europese netwerken worden geraadpleegd.
De Europese Commissie stemt de werkprogramma’s af met Program Committees (PC’s). Hierin zitten delegaties van de (geassocieerde) lidstaten. Delegaties bestaan uit vertegenwoordigers van ministeries en/of experts van gelieerde instanties. In Nederland is RVO.nl het National Contact Point voor Horizon 2020. De National Contact Points nemen als expert deel aan de PC’s en beheren klankbordgroepen. De klankbordgroepen worden voorgezeten door vertegenwoordigers van de betrokken ministeries. Ze worden regelmatig geconsulteerd voor het formuleren van Nederlandse standpunten die worden ingebracht tijdens de PC’s in Brussel.

Wie zijn betrokken bij water- en klimaatcalls onder Horizon 2020?
Klik hier voor een overzicht van het netwerk rond Horizon 2020.